Bijlage H. EMU-saldo
In het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV, artikel 19) is de verplichting vastgesteld, dat de gemeenten ramingen van het EMU-saldo dienen te verstrekken over het voorgaande jaar, het actuele jaar en het volgende jaar. Met ingang van 2017 is conform de vernieuwing BBV de ontwikkeling van het EMU-saldo voor de drie jaren volgend op het begrotingsjaar vereist in de meerjarenbegroting.
Bedragen in € 1.000 | |||||
2022 | 2023 | 2023 | |||
Omschrijving | Volgens realisatie tot en met sept. 2022, aangevuld met raming resterende periode | Volgens begroting 2023 | Realisatie | ||
1 | (+) | Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves (zie BBV, artikel 17c) | 3.764 | 2.441 | 8.075 |
2 | (-) | Mutatie (im)materiële vaste activa | -4.189 | 4.395 | 345 |
3 | (+) | Mutatie voorzieningen | 143 | -537 | -55 |
4 | (-) | Mutatie voorraden (incl. bouwgronden in exploitatie) | -167 | -3.811 | -76 |
5 | (-) | Verwachte boekwinst bij verkoop effecten en verwachte boekwinst bij verkoop (im)materiële vaste activa | 0 | 0 | 0 |
Berekend EMU-saldo +1-2+3-4-5 | 8.263 | 1.320 | 7.751 |